Ondanks alle media-aandacht voor online pesten onder scholieren blijft “traditioneel” pesten verreweg het grootste probleem

Voor scholieren is dit de week tegen pesten. Dit jaar gaat het in de 'Week tegen Pesten' over online pesten. Alle media-aandacht suggereert dat het om een immens probleem gaat. Maar uit Brits onderzoek blijkt dat minder dan 1% van de 15-jarigen slachtoffer is van puur online pesten. 3% van van de 15-jarigen is het doelwit van online pesten in combinatie met traditioneel pesten. Maar verreweg de grootste groep, namelijk 27% van de 15-jarigen, geeft aan fysiek, verbaal en relationeel (dus traditioneel) gepest te worden. De resultaten van dit Britse onderzoek werden op 11 juli 2017 gepubliceerd in het gerenommeerde wetenschappelijke tijdschrift The Lancet.

Nederlandse media baseren zich meestal op de
CBS-Veiligheidsmonitor 2016. Maar de uitkomsten van dat onderzoek kunnen alleen al om methodologische redenen niet één op één met het Britse onderzoek worden vergeleken. Het Britse onderzoek richtte zich exclusief op 15-jarigen, het CBS op Nederlanders vanaf 15 jaar. Daarbij maakte het CBS wel onderscheid in leeftijdscategorieën, waarbij de jongste groep die van 15-24 jaar is. Bovendien keek het CBS uitsluitend naar cybercriminaliteit, terwijl het Britse onderzoek online pesten naast traditioneel pesten zette.

De definitie van ‘pesten’ die het Britse onderzoek hanteerde, is niet anders dan wat wij in Nederland onder pesten verstaan:
Traditional bullying was defined as repeated, intentional aggression that is targeted at a person who cannot easily defend himself or herself; cyberbullying was additionally defined as taking place in an electronic context (eg, e-mail, blogs, instant messages, text messages).

PESTEN ONDER VOLWASSENEN NAUWELIJKS MINDER DAN PESTEN ONDER SCHOLIEREN


De ‘Week tegen Pesten’ kan de indruk wekken, dat pesten vooral op school een probleem is. Maar de ouders zijn op hun werk nauwelijks beter af dan hun kinderen op school. Eén op de zes werknemers is mikpunt van ongewenste omgangsvormen. Dat betekent dat ruim 1,2 miljoen Nederlanders slachtoffer zijn van pesten, seksuele intimidatie, bedreiging, agressie en discriminatie op het werk. De impact op het persoonlijke en professionele leven van de slachtoffers is enorm (depressie, burn-out, scheiding, zelfdoding).

Maar ook voor werkgevers zijn de gevolgen van grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer ingrijpend. Gemiddeld neemt een slachtoffer van ongewenst gedrag jaarlijks zeven extra verzuimdagen op. Alleen al hiervoor bedragen de kosten 1,7 miljard euro per jaar. Deze cijfers (Bron: TNO) zijn gebaseerd op voorzichtige schattingen. Daarnaast leidt ongewenst gedrag binnen een team, tot een geringere arbeidsprestatie, tot lagere productiviteit, tot minder resultaat.

Belangrijke noot in dit verband: voor de Arbo-wet is niet het feitelijk gedrag van de “dader” doorslaggevend, maar gaat het om hoe het slachtoffer het gedrag van de “dader” ervaart. Immers wat de een als ongewenst gedrag ervaart, daar haalt een ander zijn/haar schouders over op. En dat heeft weer te maken met het zelfbeeld
(self-concept) van het slachtoffer.

Overigens is er één belangrijke overeenkomst tussen pesten op school en pesten op het werk: er zijn goede redenen om aan te nemen dat de omvang van het probleem veel groter is dan uit de cijfers blijkt, omdat de meeste slachtoffer niet melden dat ze worden gepest, omdat zij zich schamen, of bang zijn voor de gevolgen van het melden.

HERSTEL-MEDIATION OP DE WERKVLOER


Maar ongewenste omgangsvormen zijn geen natuurverschijnsel waar men machteloos tegenover staat. Vertrouwenspersoon en herstelmediator kunnen
samen effectief de vrede op de werkvloer helpen herstellen. Niet altijd, wel meestal. Meer weten? DOWNLOAD GRATIS WHITEBOOK: “De toegevoegde waarde van herstelmediation op het werk in 8 dimensies - Van hopeloos conflict naar een hoopvolle toekomst”.